Kinderen
Baby's | Peuters | Kinderen | Pubers
Kinderen vragen speciale aandacht binnen zowel de geneeskunde als de osteopathie. Een kind is geen kleine volwassene.
In ontwikkeling
Er zijn vele aspecten in de behandeling van een kind anders dan bij een volwassene omdat kinderen volop in ontwikkeling zijn, zowel mentaal als fysiek. Elke ontwikkelingsfase vraagt een specifieke benadering, heeft zijn eigen kenmerken en kinderziekten. Een baby is anders dan een peuter en een peuter is weer anders dan een kleuter of een puber.
Als er een probleem in één van de facetten van de ontwikkeling optreedt heeft dit gevolgen voor de totale ontwikkeling van het kind. Elk kind vraagt dan ook zijn eigen unieke benadering. Tijdens een osteopatische behandeling wordt door het kind bepaald hoe het zich laat behandelen. Het is aan de osteopaat om op een creatieve wijze het kind te volgen en te behandelen.
Hoe gaat een osteopaat te werk?
Een baby kan op de behandeltafel of op schoot van de ouders worden behandeld. De osteopaat begint vaak bij de voeten of het bekken om dan langzaam via de buik, borst en rug naar het hoofdje te gaan.
Zo wordt een volledig onderzoek uitgevoerd en went de baby bovendien geleidelijk aan de osteopaat en de aanraking. Bewegingsbeperkingen worden met zachte mobilisatie- en manipulatietechnieken losgemaakt, wat kinderen in het algemeen als aangenaam ervaren. Sommige kinderen huilen tijdens de behandeling, anderen vallen in slaap door het ontspannen van de weefsels.
Indicaties
Klik op de titel voor meer uitleg over een onderwerp.
Baby's (0-1J)
-
Eczeem
Eczeem is een ontsteking van de bovenste huidlagen met jeuk, roodheid en zwelling tot gevolg. Als je baby last heeft van eczeem, dan heeft hij rode, schilferende plekken op de huid. Er kunnen ook bultjes, blaasjes, korstjes en kloofjes ontstaan. Vaak zitten deze plekken op het gezicht (behalve rondom de neus en mond), de hoofdhuid en de romp. Bij oudere kindjes zie je het vooral in de knie- en elleboogholtes en de nekplooien. Ook de enkels, polsen en wederom het gezicht vertonen deze huidafwijkingen.
Eczeem is een aandoening waarbij vele factoren een rol spelen. Daardoor is de aandoening complex en is het vaak lastig er grip op te krijgen. Het eczeem wordt veroorzaakt door een combinatie van aanleg en allerlei prikkels van buiten af die de conditie van de huid en het eczeem beïnvloeden. De aanleg betreft aanleg om allergisch te reageren en een in aanleg droge huid.
Eczeem gaat vaak gepaard met astma en allergieën voor stoffen uit de omgeving, stuifmeel, huidschilfers van dieren, melkallergieën voedingsovergevoeligheid/ intoleranties .Dit geeft aan dat eczeem bij baby's ook een uiting is van een immuunsysteem wat belast is en ook hier moeten we de darmen van het kind onder de loep nemen. Met ouder worden kunnen kinderen over hun eczeem heen groeien. -
Huilbaby’s / onrustige baby’s
Tijdens de zwangerschap of bij de geboorte kan er een bewegingsverlies ontstaan in de schedel of kunnen er blokkades ontstaan in de nek of rug. Door de blokkades kan een baby onrustig worden. De baby zit niet lekker in zijn vel en zal daardoor veel huilen of onrustig zijn. Ook kan het darmstelsel over- of onderprikkeld raken, doordat een zenuw, die o.a. de darmen aanstuurt, geïrriteerd kan raken door een blokkade in de schedelbasis. Hierdoor ontstaan er darmkrampjes, winderigheid, obstipatie, en reflux. Doorlichte mobilisaties van de schedelbasis wordt de irritatie van de zenuw weggenomen en functioneert deze beter. Vanuit de schedelbasis loopt ook een zenuw naar het halsgebied. Deze zenuw is verantwoordelijk voor de coördinatie van het slikken, ook hier kunnen problemen ontstaan.
-
Immuniteitsproblemen
Immuniteit van een kind begint bij de moeder. In de baarmoeder zorgt de placenta voor een eerste barrière met de buitenwereld en zo zorgt het lichaam van de moeder voor de immuniteit van de foetus.
Bij de bevalling passeert de baby het geboortekanaal die bevolkt is met de bacteriën van het biotoom van de moeder. Die bacteriën zorgen op hun beurt voor de bevolking van de darmen van de baby en dragen bij tot de immuniteit van het kindje en het nodige materiaal om de voeding die voornamelijk uit melk bestaat, te verteren. Daarnaast bevat de moedermelk ook bacteriën, prebiotische vezels en de verworven antistoffen van de moeder. De prebiotische vezels vormen in de darmen de voedingsbodem voor de bacteriën waardoor het kind tijdens de borstvoedingsperiode beschermd wordt.
Heel veel problemen van immuniteit van een baby en jong kind komen door onvoldoende of dysbalans van de bacteriën in de darmen van het kind.
Als een baby met immuniteitsproblemen bij een osteopaat komt is dit het eerste waar we aan werken. -
Krampjes en verteringsproblemen
Veel voorkomende problemen bij baby’s zijn krampjes en stoelgangproblemen. In de zwangerschap zijn de darmen van de baby steriel, dat wil zeggen dat er nog geen bacteriën aanwezig zijn. Die bevolking gebeurt tijdens de bevalling en de borstvoeding. In het begin kan het al eens zijn dat er in de darmen van de baby nog geen darmflora voldoende aanwezig is en dat door de vertering van de melk veel lucht ontwikkeld en opgestapeld wordt. Krampjes en windjes laten kunnen daar een gevolg van zijn. Dit verdwijnt meestal spontaan na drie maanden. Indien het kind er teveel last van heeft en de opstapeling van lucht in de darmen vrij prominent wordt kan het ook druk gaan geven naar boven toe en reflux in de hand werken.
-
Ontwikkelingsachterstand
Kinderen groeien en ontwikkelen voortdurend op zowel motorisch als zintuigelijk gebied. Ze worden in hun ontwikkeling vergeleken met kinderen van dezelfde leeftijd en soms wijkt dat wat af met wat gebruikelijk is. Zo gaat een kind pas laat draaien of komt niet tot kruipen, blijft in de voorkeurshouding liggen…, dit kan komen door beperkingen in het houdings- en bewegingsapparaat, het zintuigapparaat, het zenuwstelsel of de organen.
Op sociaal emotioneel gebied ontwikkelen kinderen met ontwikkelingsachterstand zich vaak ook trager… gaan later lachen, later of niet spelen.
In de consultatiebureau’s wordt ontwikkeling en groei nauwkeurig in schema’s bijgehouden. Een kleine afwijking van deze schema’s hoeft niet altijd onmiddellijk een probleem te zijn maar het geeft wel de mogelijkheid om vlug in te grijpen.
Mogelijke oorzaken van ontwikkelingsachterstand:
- Onderkende problemen met zintuigen zoals horen en zien
- Onderstimulatie
- Genetische afwijkingen.
- Lichte beschadiging in de hersenen door zuurstoftekort tijdens de bevalling of in de zwangerschap
- Stofwisslingsproblemen
- Trauma’s of onopgemerkte schade zoals fracturen os dysplasieën
- … -
Plagiocephalie (afgeplatte schedel)
Plagiocephalie is een assymetrie/afplatting van de schedel die vaak optreed na een bevalling door een te nauw geboortekanaal of andere vormen van trauma tijdens de bevalling. Daarnaast is sedert het advies om de baby’s op de rug te laten slapen een toename van kinderen met plagiocephalie vastgesteld.
We onderscheiden twee vormen van plagiocephalie:
- Met bewegingsbeperking als het kindje niet volledig naar links of rechts kan kijken. Als Osteopaat hebben we dan vrij veel aandacht voor de nek en eventuele blokkades lager in de rug van het kindje. Die kunnen bijkomend ook de oorzaak zijn van reflux, darmproblemen, onrust en huilen
- Zonder bewegingsbeperking. Dan is het vaak wel voldoende om het kind te stimuleren naar de beperkte zijde. Als osteopaat is het hier van belang om de mobiliteit van de naden en botstukken ter hoogte van de schedel te behandelen. -
Reflux
Veel kinderen hebben buikklachten en/of moeilijkheden met de stoelgang, reflux of krampjes. Het goed functioneren van de buikorganen is afhankelijk van een goede beweeglijkheid, een goede doorbloeding en een goede aansturing van de organen door het zenuwstelsel vanuit de rug en de schedel. Een osteopaat kan op al deze facetten ingrijpen, hierdoor kan de oorzaak van het probleem behandeld worden en zullen de klachten van het kind afnemen.
-
Slaapproblemen
Kinderen hebben slaap nodig om te groeien en te ontwikkelen. Het is van belang voor hun immuunstelsel en ook om zich goed te voelen in hun vel. Geen enkele baby wordt geboren met een vast dag-nachtritme en het vermogen om meerdere uren na elkaar te slapen. In slaap vallen en doorslapen is een aangeleerde vaardigheid.
Daarnaast kan het niet tot slapen komen, wijzen op een onderliggende problematiek. Door de bevalling kan er hoogte van het hoofdje of de hals verhoogde spanning in de weefsels aanwezig zijn. Maag en darmproblemen, kolieken, krampen en reflux kunnen een baby en z’n moeder makkelijk uit. Een baby die niet kan slapen uren lang laten doorhuilen is dus meestal geen goede oplossing. -
Slikproblemen
Slikken en zuigen is bij kinderen een reflex en dus geen aangeleerde vaardigheid. De zuigslikreflex is bij voedselopname heel belangrijk. Slikken wordt in de baarmoeder al waargenomen vanaf 12-14 weken en zuigen van 15-18 weken zwangerschap. Na de geboorte kan de reflex opgewekt worden door rond de lippen te stimuleren. In de loop van de eerste drie tot zes manden wordt het zuigen en het naar achter brengen van voedsel in de mond stilaan bewust en willekeurig.
Indien het slikken en/of zuigen bij een baby moeilijk gaat dan kan de oorzaak liggen bij een moeilijke of traumatische bevalling en de gevolgen daarvan en is dit duidelijk een indicatie voor osteopathie. -
Trauma ten gevolge van de bevalling
• Geboorte met vacuum
• Sleutelbeenfractuur
• Vroeggeboorte
• Sterrekijker
• Stuitbevalling -
Voorkeursligging
Een voorkeursligging kan een afplatting van de schedel geven, maar andersom kan een vervorming van de schelde een voorkeursligging geven. Bewegingsverlies tussen de verschillende botstukken van de schedel kan leiden tot vervorming van het hoofd, voorkeursligging en het onrustig worden van een baby, maar ook darmkrampjes, obstipatie en reflux klachten kunnen ontstaan. De beweeglijkheid van de nek en de wervelkolom zal zich aanpassen aan de beweeglijkheid van de schedel. Veel bovengenoemde klachten worden ook wel het Kiss-syndroom genoemd.
Peuters (1-3J)
-
Allergieën
Allergieën kennen een natuurlijke levensloop. De allerkleinsten hebben meestal last van eczeem of voedselallergie maar er kan al een overgevoeligheid bestaan voor huisstofmijt en huisdieren. Wanneer kinderen wat ouder worden kan de allergie zich uiten als astma of nog later rinitis. Alles is mogelijk, in combinatie of afzonderlijk, maar een uitgetekend patroon is er niet. Daarom is kritisch opvolgen de boodschap. ‘De eerste levensjaren van een kind zijn cruciaal omdat er in die periode een “stempel” wordt gezet die bepaalt welke allergieën het kind later kan ontwikkelen, Een vroege diagnostiek is mogelijk en belangrijk. Vaak is dat nog een misverstand, zowel bij ouders, huisartsen als specialisten. Er staat geen minimumleeftijd op het uitvoeren van allergietesten. Negatieve testen kunnen evolueren naar positieve. Allergieën evolueren immers met de leeftijd van het kind en als de klachten blijven, moet men jaarlijks evalueren. Het is niet zoals met een bloedgroep die je eens en voor altijd hebt. Maar wanneer moet je als ouder een allergietest overwegen? Wanneer het kind aanslepend klachten heeft die kunnen passen bij een allergie zoals voortdurend verkouden zijn, een aanslepende hoest of piepen, eczeem, gewichtsverlies door diarree, dan is het mogelijk dat allergie in het spel is. Een vroege diagnose leert je veel over de constitutie van het kind en maakt het mogelijk om preventief te handelen. Als het kind een allergie voor eieren heeft, moet je eieren vermijden. Wanneer een kind eczeem heeft, krijgt het later misschien astma of chronische neusloop. Die kennis kan je gebruiken om het kind beter op te volgen en raad te vragen bij de arts wanneer nieuwe symptomen opduiken.
Ook al kan je niet verhinderen dat allergieën zich ontwikkelen, toch is het mogelijk een aantal preventieve maatregelen te nemen om de symptomen te onderdrukken en het kind te beschermen. Eenvoudige preventieve maatregelen zijn niet roken, sanering tegen de huisstofmijt en borstvoeding gedurende de eerste zes maanden. Op die manier komt het kind pas later in contact met melk en eiwitten waarop het allergisch kan reageren. Hoe langer je dat uitstelt, hoe kleiner de kans dat het kind allergisch wordt. De darmen van een kind na de geboorte functioneren immers nog niet helemaal zoals het hoort en laten daardoor bepaalde stoffen makkelijker door dan op latere leeftijd. Tot slot, allergieën lokken de meest verschillende reacties uit, afzonderlijk of in combinatie. Daarom is het belangrijk dat ouders zoveel mogelijk vertellen. Neusloop en eczeem kunnen uitingen zijn van een en dezelfde allergie. Een kind zonder huisdier kan ook bij de onthaalmoeder in contact komen met kinderen die thuis wel een kat hebben. De zoektocht is soms lang maar het loont de moeite.Osteopathie gaat hier weerom de nadruk leggen op het versterken van de immuniteit en weer voeding en darmen van nader bekijken. -
Astma
Peuterastma is een ziekte waarbij kinderen jonger dan vier jaar in perioden, vooral als ze verkouden zijn, klachten krijgen zoals een piepende ademhaling, benauwdheid en hoesten. Kenmerkend is dat deze klachten alleen optreden in periodes van enkele dagen tot weken; buiten deze klachtenperiodes zijn de kinderen gezond.
De klachten van peuterastma lijken sterk op de klachten van ‘gewoon’ astma. Ook de behandeling van peuterastma is vergelijkbaar met die van ‘echt’ astma. Toch is er een belangrijk verschil: terwijl ‘echt’ astma bijna altijd een chronische (langdurige) ziekte is die jarenlang duurt en vaak zelfs levenslang aanwezig blijft, wordt ruim de helft van de kinderen met peuterastma blijvend klachtenvrij als ze de leeftijd van vier tot zes jaar bereiken. Veel kinderen groeien dus over hun peuterastma heen. Dat is natuurlijk goed nieuws.
Tijdens de behandeling zorgt osteopathie door middel van manuele technieken dat de ademhaling een minimale weerstand ondervindt. De osteopaat heft blokkades in de wervelkolom en het ribbenrooster op, en maakt het middenrif los. Zo activeren we de zenuwbanen rondom de luchtwegen en werkt irritaties weg. Daarnaast speelt de immuniteit ook hier een belangrijke rol en wordt ook weer de veoding onder de loep genomen. -
Begeleiding na chirurgische ingrepen
Wanneer kleine kinderen in het ziekenhuis worden opgenomen, betekent dit voor hen een verblijf in een vreemde omgeving. Er gelden andere regels en vreemde mensen doen vreemde dingen, zoals onderzoeken, prikken, narcose, een ingreep en dergelijke. Het meest ingrijpende is wel het gescheiden worden van (bijna) alles wat vertrouwd of bekend is. De scheiding van de ouders mag wel het belangrijkste genoemd worden. Het kind kan niet begrijpen waarom zijn ouders steeds weggaan, terwijl het misschien wel pijn heeft; het voelt zich in de steek gelaten.
• Reacties na de opname
Als uw kind weer thuis is zal het niet meteen de oude zijn. Het zal moeten herstellen van de lichamelijke ingreep en daarnaast alle doorstane emoties moeten verwerken. Dit kan zich uiten in: veel aandacht vragen, vijandig (agressief) gedrag, prikkelbaarheid, rusteloosheid, huilerig zijn, zich in zichzelf terugtrekken. Soms zal uw kind angstig dromen en kan het snel in paniek raken. Ook kan uw kind terugvallen in gedrag dat past bij een jongere leeftijd. Het gaat bijvoorbeeld weer in bed plassen of duimzuigen.
- De angst van zijn ouders gescheiden te worden
Dit verschijnsel zien wij vaak bij jonge kinderen optreden. Dit heeft tot gevolg dat ze vaak niet zo intens blij zijn als ze weer thuis komen dan het wat oudere kind. Het verwacht als het ware opnieuw in de steek gelaten te zullen worden
- Problemen met slapen
Wij zien vaak dat het kind bang is om te gaan slapen. U zou immers weg kunnen zijn als het wakker wordt. Ook als het wel inslaapt, maar korte tijd daarna weer wakker wordt en om u roept is het belangrijk dat u er onmiddellijk naar toe gaat en het geruststelt. Soms herhaalt zich dit ettelijke keren per nacht. Problemen met slapen kunnen soms maanden lang aanhouden, maar gelukkig is dit niet altijd het geval.
- Agressief gedrag
Door de gedwongen scheiding van zijn ouders, de doorstane pijnen en vernederingen, zoals prikken en dergelijke, heeft het kind gevoelens van verontwaardiging en teleurstelling. Eenmaal thuis moet het kind deze gevoelens “verteren”. Soms doet het dit door het tonen van agressief gedrag, zoals bijten, slaan, trappen…
- Terugvallen naar gedrag dat past bij jongere leeftijd
Soms gaat het kind dat reeds zindelijk was weer (tijdelijk) bedplassen. Een kind dat goed kon praten gaat weer krom praten of twee-woord-zinnen gebruiken, gaat weer duimzuigen en dergelijke.
Daarnaast is kan bij chirurgische ingrepen als gevolg van de narcose het emotioneel gedrag van het kind ook op lange termijn veranderen. Littekens spelen ook nog een bijkomende rol. Littekens zorgen er voor dat bindweefsel en huid minder elastisch zijn en het opgroeiende kind kan daar problemen door ondervinden.
Osteopathie staat moeder en kind bij in dit proces zowel in algemene nazorg voor kinderen na opname als in het behandelen van de restklachten na chirurgische ingrepen. -
Eczeem en huidaandoeningen
Eczeem is een ontsteking van de bovenste huidlagen met jeuk, roodheid en zwelling tot gevolg. Als je baby last heeft van eczeem, dan heeft hij rode, schilferende plekken op de huid. Er kunnen ook bultjes, blaasjes, korstjes en kloofjes ontstaan. Vaak zitten deze plekken op het gezicht (behalve rondom de neus en mond), de hoofdhuid en de romp. Bij oudere kindjes zie je het vooral in de knie- en elleboogholtes en de nekplooien. Ook de enkels, polsen en wederom het gezicht vertonen deze huidafwijkingen.
Eczeem is een aandoening waarbij vele factoren een rol spelen. Daardoor is de aandoening complex en is het vaak lastig er grip op te krijgen. Het eczeem wordt veroorzaakt door een combinatie van aanleg en allerlei prikkels van buiten af die de conditie van de huid en het eczeem beïnvloeden. De aanleg betreft aanleg om allergisch te reageren en een in aanleg droge huid.
Eczeem gaat vaak gepaard met astma en allergieën voor stoffen uit de omgeving, stuifmeel, huidschilfers van dieren, melkallergieën voedingsovergevoeligheid/ intoleranties .Dit geeft aan dat eczeem bij baby's ook een uiting is van een immuunsysteem wat belast is en ook hier moeten we de darmen van het kind onder de loep nemen. Met ouder worden kunnen kinderen over hun eczeem heen groeien. -
Gedragsproblemen
• Moeilijkheden met sociale interactie
Sociale interactie is het ontwikkelen van de eigen persoonlijkheid en daarbij leren omgaan met andere mensen. Sociale integratie bij kinderen en met name peuters wordt ook vaak beschreven aan de hand van mijlpalen. Bij baby’s van 0 tot 12 maanden zien we al dat het sociale wezens zijn. De mijlpalen hier zijn dan de sociale glimlach, hechting…
Vanaf 2 tot 4 jaar gaan kinderen de wereld ontdekken en de eigen wil ontwikkelen. Ze weten wat ze graag doen en met wie. Samen spelen moet ze dan aangeleerd worden.
Problemen met sociale interactie kunnen we bv vinden bij kinderen met motorische achterstand maar ook frequent bij vroeggeboorte en couveusekinderen.
Osteopathie zal bij kinderen met deze problematiek alle lichamelijke problemen onderzoeken en behandelen om alle onnodige prikkels vanuit dit veld te elimineren. Daardoor zien we dat kinderen vaak rustiger worden waardoor andere stimulerende technieken beter ingang vinden. (zoals vb sensorische integratie bij de kinderfysio…)
• Woedeaanvallen
In de peutertijd gaan kinderen de wereld ontdekken en merken dat ze een individu zijn. Ze gaan van alles uitproberen en gefrustreerd raken als dat niet lukt. Dat soort woedeaanvallen is bij peuters vrij normaal. Expressie van emotie bij een peuter is vaak non verbale taal en communicatie. Indien bij een kind met een stevig temperament ook nog eens vage lichamelijke klachten komen kijken en het kind is niet bij machte om die onder woorden te brengen kun je dit vaak aan verandering in het gedrag zien en de woedeaanvallen kunnen buitensporig zijn. Dit is vaak de enige manier om aan te geven dat er iets is bij een kind. Ook hier worden bij een kind alle mogelijke lichamelijke klachten behandeld om terug ingang te vinden voor normale communicatie met de peuter.
• Gedragsveranderingen na trauma
Een kind kan van de schommel vallen, uit het klimrek, van de trap naar beneden vallen en ogenschijnlijk zonder zichtbare schade weer opstaan en gewoon verder spelen. In de loop van de tijd zien ouders vaak aan het gedrag wel dat er ‘iets’ veranderd is. Kind is makkelijker moe, hangerig of juist onhandelbaar en geprikkeld. Ook hier is het de moeite waard om even te kijken of het kindje geen hoofdpijn heeft of andere klachten. Heel vaak zien we dat na behandeling van trauma het kind terug valt in zijn normale gedrag. -
Immuniteitsproblemen
Immuniteit van een kind begint bij de moeder. In de baarmoeder zorgt de placenta voor een eerste barrière met de buitenwereld en zo zorgt het lichaam van de moeder voor de immuniteit van de foetus.
Bij de bevalling passeert de baby het geboortekanaal die bevolkt is met de bacteriën van het biotoom van de moeder. Die bacteriën zorgen op hun beurt voor de bevolking van de darmen van de baby en dragen bij tot de immuniteit van het kindje en het nodige materiaal om de voeding die voornamelijk uit melk bestaat, te verteren. Daarnaast bevat de moedermelk ook bacteriën, prebiotische vezels en de verworven antistoffen van de moeder. De prebiotische vezels vormen in de darmen de voedingsbodem voor de bacteriën waardoor het kind tijdens de borstvoedingsperiode beschermd wordt.
Heel veel problemen van immuniteit van een baby en jong kind komen door onvoldoende of dysbalans van de bacteriën in de darmen van het kind.
Als een baby met immuniteitsproblemen bij een osteopaat komt is dit het eerste waar we aan werken. -
NKO problematiek
• Open mondgedrag
We zien wel vaker bij jonge kinderen: ze nestelen voor de televisie en de mond hangt open als ze rustig aan het kijken zijn. De mond hangt open, lippen vochtig en de tong hangt slap onder in de mond. Op zo’n momenten kunnen we er ook van uitgaan dat ze door de mond ademen. Normale ademhaling gaat door de neus waar de slijmvliezen van de neus de lucht filteren, vochtig maken en verwarmen voor het in de longen terecht komt.
Veelvuldige neusverkoudheid is er vaak de oorzaak van dat een kind de gewoonte opneemt om door de mond te ademen. Ook algemene hypotonie (lage spiertonus) kan er voor zorgen dat een kind de mond in ontspannen toestand de kaak laat hangen en dan door de mond gaat ademen.
Dat habituele open mondgedrag heeft wel een aantal gevolgen.
- Kinderen zijn makkelijker verkouden, oorontstekingen, kriebelhoest, amandelen vergroot…
- Ook de vorm van gehemelte en gebit lijden er onder: tong en lippen vormen een natuurlijke beugel voor de tanden en houden die zo in een natuurlijke stand.
- Door het openstaan van de mond kan ook de bovenlip verkorten zodat de lippen in ontspannen toestand niet meer op elkaar kunnen. Dan spreekt men van incompetente lippen.
- Slikken gebeurt van nature met gesloten mond. Indien de lippen niet meer op elkaar kunnen dan gaat de tong een steunpunt maken met de bovenste tanden om zo het voedsel naar achter te werken. Daardoor duwt ze de tanden naar buiten toe en wordt een overbeet gevormd en heeft verder ook gevolgen voor de spraak.
Het is derhalve van groot belang dat open mondgedrag vrij vroeg afgeleerd wordt en dat zich concentreren en oefeningen met gesloten mond geautomatiseerd wordt.
• Recidiverende oorontstekingen
Bij kinderen is de buis van Eustachius veel vlakker dan bij volwassenen waardoor bacteriën vanuit de neus veel makkelijker in het binnenoor kunnen doordringen. Ook zijn de slijmvliezen bij een kind nog volop in ontwikkeling. Voor de immuniteit van keel en oren zijn die slijmvliezen heel belangrijk. Een lopende neus bij een kind is veelal een teken dat de weerstand zijn werk doet en hoeft helemaal geen probleem te zijn.
Het veelvuldig gebruik van antibiotica kan een oorzaak zijn van verminderde weerstand waardoor de slijmvliezen minder hun werk doen en het kind vatbaarder is voor infecties. Osteopathie zet in dit geval in op het draineren van de buis van Eustachius en het optimaliseren van de kwaliteit van de slijmvliezen.
• Sinusitis (holteontstekingen)
Sinusitis is een langdurige ontsteking of infectie van de neusbijholten, vandaar de naam neusbijholte ontsteking. Er zijn verschillende sinussen aanwezig in de schedel. Sinussen zijn met lucht gevulde holten in de schedel naast en boven de neus en de ogen en in de bovenkaak en in het voorhoofd.Ze zijn bekleed met slijmvlies en door nauwe openingen met de neusholte verbonden. Ontsteking van een van deze holten of meerdere ervan heet sinusitis (neusbijholte ontsteking). Sinusitis komt minder vaak voor bij kinderen onder de vijf jaar, gedeeltelijk doordat bij hen de sinussen nog niet geheel ontwikkeld zijn.
Alleszins betreft het een hyperreactiviteit van de slijmvliezen waardoor de toegangen naar de neusbijholten verstopt raken en de sinussen zich vullen met ziek slijmvlies en slijm.
Zoals alle weerstandsproblemen bij kinderen gaan we ook hier heel zorgvuldig de primaire weestand die zich in de darmen bevindt eerst op pijl brengen en dan ook aandacht schenken aan de drainage en ventilatie van de sinussen.
• Strabisme
Strabismus is een afwijking van de stand van de ogen waarbij de ogen niet tegelijk op hetzelfde punt gericht kunnen zijn. De oorzaken hiervan kunnen erfelijk zijn. Bij bepaalde families komt strabisme beduidend vaker voor. Daarnaast kunnen bij geboortetrauma bloedingen voorkomen in het gebied van de centrale kernen, beschadiging van de oogkas na een val, verlamming van de oogzenuw of problemen ter hoogte van de oogspieren.
Over het algemeen ontstaat het in de kindertijd. De meeste kinderen worden verziend geboren, goed accommoderen is een vaardigheid wat een kind moet aanleren en het beeld van de twee ogen moet in de hersenen tot één beeld versmolten worden. Dan pas gaat het kind met twee ogen zien.
Osteopaten gaan bij strabisme werken via het bindweefselsysteem en het vegetatief systeem van het hele lichaam van het kind omdat scheelzien geen lokaal probleem hoeft te zijn.
• Ooginfecties
• Knarsetanden
Knarsetanden komt zowel bij kinderen als volwassenen voor en is meestal een tijdelijk fenomeen. Tanden worden vaak in onbewuste toestand over elkaar geschoven wat voor stevig wat geluid kan zorgen. Het lijkt onschuldig maar kan op termijn heel wat klachten veroorzaken: vroegtijdig afslijten van de tanden, aangezichtspijnen, kaakgewrichtsklachten…
De oorzaken hiervan moeten we niet in de mond gaan zoeken. Jonge kinderen doen in de loop van de dag heel wat indrukken die ‘s nachts verwerkt en geordend moeten worden. Het ene kind gaat dromen , het andere gaat knarsen, dit hoeft niet zorgwekkend te zijn maar hoort bij het opgroeien.
Ook hier gaat een osteopaat alle mogelijke lichamelijke ongemakken zoeken die bijkomend prikkels geven en die behandelen zodat het kind makkelijker rust vindt, zich bewust kan ontspannen en voldoende slaap kan pakken. -
Onhandig zijn en vaak vallen
Kinderen die lichte problemen hebben met het goed op elkaar afstemmen en coördineren van bewegingen worden nogal eens onhandig genoemd. Ze vertonen een lichte achterstand in hun motorische ontwikkeling in vergelijking met hun algemene ontwikkeling .Dit wordt vaak Developmental Coördination Disorder (DCD) genoemd , minimal neurological dysfunctions of ook wel dyspraxie.
Dit zien we bij ruim 10% van de schoolgaande kinderen. De prevalentie is hoger bij kinderen met ADHD, PDDnos of kinderen met leerproblemen.
Oorzaken hiervan moeten we algemeen zoeken bij de rijping van de hersenen. Bij het ene kind vormen zich trager neurologische banen dan bij het andere en dan zien we houterigheid en onhandigheid optreden.
In een aantal gevallen speelt ook wel onderliggende ziekte of genetische aanleg mee.
Het uit zich vaak in:
- Later bereiken van de ontwikkelingspijlpalen
- Grove motoriek is houterig
- Fijne motoriek ontwikkelt minder snel
- Onrust in het lichaam
- Onduidelijk praten
- Moeilijkheden om zindelijk te worden
- Vaak gepaard met leerstoornissen. -
Ontwikkelingsachterstand
Kinderen groeien en ontwikkelen voortdurend op zowel motorisch als zintuigelijk gebied. Ze worden in hun ontwikkeling vergeleken met kinderen van dezelfde leeftijd en soms wijkt dat wat af met wat gebruikelijk is. Zo gaat een kind pas laat draaien of komt niet tot kruipen, blijft in de voorkeurshouding liggen…, dit kan komen door beperkingen in het houdings- en bewegingsapparaat, het zintuigapparaat, het zenuwstelsel of de organen.
Op sociaal emotioneel gebied ontwikkelen kinderen met ontwikkelingsachterstand zich vaak ook trager… gaan later lachen, later of niet spelen. In de consultatiebureau’s wordt ontwikkeling en groei nauwkeurig in schema’s bijgehouden. Een kleine afwijking van deze schema’s hoeft niet altijd onmiddellijk een probleem te zijn maar het geeft wel de mogelijkheid om vlug in te grijpen.
Mogelijke oorzaken van ontwikkelingsachterstand:
- Onderkende problemen met zintuigen zoals horen en zien
- Onderstimulatie
- Genetische afwijkingen.
- Lichte beschadiging in de hersenen door zuurstoftekort tijdens de bevalling of in de zwangerschap
- Stofwisslingsproblemen
- Trauma’s of onopgemerkte schade zoals fracturen of dysplasieën
- … -
Recidiverende luchtweginfecties
Meer info volgt.
-
Slaapmoeilijkheden
• Inslaapproblemen
• Doorslaapproblemen
Slaap bij opgroeiende kinderen is van groot belang. Hersenen hebben de slaap nodig om alle indrukken en informatie die opgedaan is tijdens de dag te verwerken en te ordenen. Slapen heeft daarnaast ook stevige impact op het immuunsysteem, ontwikkeling van de hersenen en de productie van groeihormoon bij het kind. Hieruit afleidend kan slaaptekort bij kinderen overgewicht geven, concentratieproblemen, emotionele instabiliteit, depressieve gevoelens.
• Oorzaken van slaaptekort bij peuters:
- Lichamelijke ongemakken of medische oorzaken (vb oorontsteking, darmproblemen…)
- Overprikkeld
- Nog niet moe of oververmoeid
- Scheidingsangst
- Nachtmerries
- Protestgedrag…
• De gemiddelde slaapbehoefte per leeftijd
- 0 tot 3 maanden > 16 tot 20 uur per etmaal
- 3 tot 12 maanden > 13 tot 14 uur per etmaal
- 1 tot 3 jaar > 12 tot 13 uur per etmaal
- 4 tot 7 jaar > 10 tot 11 uur per etmaal
- 8 tot 11 jaar > 9 tot 10 uur per etmaal
- 12 tot 15 jaar > 8 tot 10 uur per etmaal -
Spijsverteringsproblemen
• Constipatie
Ideaal gebeurt de stoelgang van uw kind elke dag maar soms komt het voor dat kinderen minder dan drie keer per week de grote boodschap kunnen leveren en treedt er verstopping op. Doordat de stoelgang te lang in de darmen blijft zitten wordt er steeds meer vocht aan onttrokken en sordt het hard en droog.
Oorzaken van constipatie:
- Te weinig drinken
- Te weinig beweging
- Het kind neemt er soms de tijd niet voor
- Eenzijdige voeding: te veel suikers, te weinig vezels, te weinig vet, te zeinig vocht.
- Spanning en stress
- Onregelmatig eetpatroon, vb ontbijt overslaan,…
- In het verleden vaak veelvuldig gebruik van antibiotica.
Een kind met verstopping gaat een harde stoelgang vertonen en vaan pijn hebben tijdens de ontlasting. Ook buikpijn en krampen worden vaak veroorzaakt door ophoping van stoelgang in de darmen. In ernstige gevallen zien we zelfs soms overloopdiaree.
Osteopathie gaat naast een grondige anamnese rond voeding en eetgewoontes hier werken aan de mobiliteit en de doorbloeding van de darmen. Als de peristaltiek terug hersteld wordt gaat de constipatie in veel gevallen snel over mits de voedingsadviezen nageleefd worden.
• Aanhoudende diaree
Elk kind heeft wel eens buikpijn of diarree. Meestal is dat onschuldig, maar soms is er meer aan de hand. Vooral als kinderen niet meer normaal groeien of bijkomen, of als er bloed bij de ontlasting zit, moet er een alarmbelletje gaan rinkelen.
Peuters en kleuters hebben een snelle darmpassage. ‘Twee tot drie keer per dag ontlasting is perfect normaal. Van diarree wordt pas gesproken als het kind veel vaker dan anders dunne ontlasting heeft. Meestal is een maag-darminfectie de oorzaak. Uitdroging voorkomen is dan het belangrijkste. Normaal moet het probleem na maximaal twee tot drie weken achter de rug zijn.’
Een andere onschuldige vorm van diarree is peuterdiarree. De oorzaak ligt dan bij de voeding. Het kind krijgt meestal te weinig vetstoffen en te veel fruitsappen. Tot een jaar of vijf hebben kinderen immers nog volle melkproducten en voldoende gezonde vetten nodig. ‘Wat we tegenwoordig ook vaker zien, vooral bij lagereschoolkinderen, is buikpijn als een gevolg van stress. Sommige kinderen ervaren te veel druk vanuit hun omgeving, bijvoorbeeld omdat ze na school van de ene hobby naar de andere hollen. Er is dan geen medisch probleem, maar er moet wel iets veranderen aan de levensstijl binnen dat gezin.’
Hardnekkige diarree kan ook worden veroorzaakt door een parasitaire infectie. Als kinderen besmet voedsel of slecht doorbakken vlees hebben gegeten, kunnen zich wormen of parasieten in de darm nestelen.
Coeliakie: ziek van brood en koekjes
Een enkele keer is aanslepende diarree het gevolg van een chronische ziekte. Vooral als het gewicht niet goed evolueert, moet je verder kijken. Alarmerend is ook bloed bij de ontlasting of ’s nachts wakker worden van de diarree of buikpijn.Soms blijkt dat een kind aan coeliakie of glutenovergevoeligheid lijdt. Die kinderen zijn allergisch voor de eiwitten in tarwe- of graanproducten. Door het contact met gluten raakt de darmwand vanbinnen beschadigd, waardoor veel minder voedingsstoffen worden opgenomen. Op de duur ontstaat er groeivertraging, ijzertekort, bloedarmoede en soms een vitaminetekort. De behandeling bestaat uit een glutenvrij dieet. Dat betekent dat ze bijvoorbeeld geen gewone pasta, brood of koekjes kunnen eten.
Chronische darmontsteking
Zeldzamer zijn colitis ulcerosa of de ziekte van Crohn, beide vormen van chronische darmontsteking. Die aandoeningen komen maar af en toe bij kinderen voor. Als het probleem al lang aansleept, is er ook groeiachterstand en gewichtsverlies. Recente onderzoeken geven ondertussen ook al een verband aan tussen chronische darmproblemen van peuters en het aanwezig zijn van autisme.
• Opgeblazen buik
Indien uw peuter met een opgeblazen buikje rondloopt spreken we van een dysbiose.
Het microbioom bij mensen bestaat uit miljarden verschillende bacteriesoorten die zich bevinden op de huid, de mond, de darmen, longen,… kortom alle slijmvliezen en waar ons lichaam grenst aan de buitenwereld. Het microbioom van peuters wordt gevormd door de moeder, eerst tijdens de bevalling door het geboortekanaal en later door de borstvoeding en intiem contact met de moeder.
We spreken van een dysbiose als het kind rondloopt met een opgeblazen buikje als gevolg van een afwijkend biotoom/darmflora. We weten ondertussen dat dat biotoom in de eerste levensjaren ook belangrijk is en bij kinderen wordt een afwijkende darmflora bijvoorbeeld geassocieerd met diabetes type 1 en astma. Dus ook hier gaan we in op de voedingsgewoonten van de peuter wat vaak een hele uitdaging en de goede doorbloeding en mobiliteit van de darmen.
• Krampen
• Overgeven -
Zindelijkheidsproblemen
Zindelijk worden: een belangrijk aspect dat te maken heeft met de lichamelijke ontwikkeling van de peuter, is het zindelijk worden. Ergens tussen het tweede en vierde levensjaar wordt de peuter zindelijk.
Zindelijkheidstraining heeft pas zin als aan bepaalde voorwaarden is voldaan:
- Het kind moet zijn sluitspieren kunnen beheersen.
- Het kind moet een verband kunnen leggen tussen de aandrang die het voelt en het poepen en plassen.
- Het kind moet zelf zindelijk willen worden.
- Het kind moet er dus aan toe zijn om zindelijk te worden, hij moet het begrijpen en hij moet het willen. Vooral dat laatste is belangrijk.
Tegenwoordig wordt er meer gekeken naar de fysieke en emotionele rijping van het kind en de psychosociale omstandigheden van kind en ouders. In de ontwikkeling van het kind komt er een periode waarin het kind openstaat voor zindelijkheidstraining. Het kind gaat voelen dat het moet plassen, of het vindt een vieze broek niet fijn. Ook gaat het kind interesse tonen voor zijn plas en poep.
Kinderen gaan in eerste instantie aangegeven wanneer ze hebben geplast en gepoept, pas later gaan ze aangeven wanneer ze aandrang voelen. In een later stadium wordt aandrang gekoppeld aan het naar toilet gaan.
Het tijdstip van dit ontwikkelingsproces verschilt per kind, het kan verschillen of het kind eerst voor ontlasting of voor urine zindelijk is. Ook kan het verschillen of een kind eerst gedurende de nacht of de dag zindelijk wordt.
Oorzaken van zindelijkheidsproblemen bij peuters zijn meestal niet heel ernstig. Soms zijn de bekkenbodemspieren te gespannen of niet goed gecoördineerd. Dit hangt meestal samen met de neurologische rijpheid van het kind wat nogal eens kan variëren. In sommige gevallen herkennen de kinderen de kinderen de signalen van de blaas niet goed of helemaal niet. Het gebeurt wel eens dat zindelijkheidsproblemen samengaan met motorische ontwikkelingsstoornissen maar daar is in de peuterleeftijd eigenlijk nog geen lijn in te trekken.
Kinderen (3-12J)
-
ADHD / ADD
ADHD is een veelvoorkomende psychiatrische aandoening die gekenmerkt wordt door een overmatige beweeglijkheid (hyperactiviteit), concentratiestoornissen, impulsief gedrag en onoplettendheid. ADHD is een stoornis in de ontwikkeling van het zenuwstelsel die zich openbaart in de kindertijd en zich vaak verderzet tijdens het volwassen leven
Er bestaat een vorm van ADHD waarbij alleen concentratiestoornissen voorkomen, en hyperactiviteit ontbreekt. Deze vorm wordt ADD (Attention Deficit Disorder) genoemd, en is minder makkelijk herkenbaar dan ADHD.
De basis van ADHD ligt in een ontwikkelingsstoornis, waarbij het kind anders reageert op zowel zintuiglijke (zien, horen, voelen,..) als emotionele prikkels. Zo zal een kind met ADHD overdreven reageren op stressvolle situaties, bijv. ruzie in het gezin, hoge schooleisen, verlies,… Er bestaat een duidelijke erfelijke aanleg voor ADHD, maar ook omgevingsfactoren tijdens de vroegste ontwikkelingsstadia kunnen een rol spelen. Een ouder van een kind met ADHD kan zelf ook aan ADHD lijden. Bijgevolg kan deze ouder enerzijds de problemen van het kind beter begrijpen, maar anderzijds meer worstelen met een consequente opvoeding.
Naast genetische oorzaken krijgen we de laatste tijd ook berichten dat de gezondheid van de darmen bij jonge kinderen gelinkt kunnen worden aan het voorkomen van ADHD en ADD. Ondertussen wordt er veelvuldig onderzoek gedaan naar deze hersen-darm as en de gevolgen van verstoring van het biotoom in de darmen op het gedrag van kinderen en volwasenen.
Er is veel aandacht voor ADHD. Soms wil men de diagnose ADHD kunnen stellen om moeilijk gedrag te verklaren. Gedragsproblemen kunnen echter ook een andere oorzaak hebben, los van of bovenop ADHD. Daarom is het belangrijk dat de emotionele ontwikkeling van het kind uitgebreid wordt onderzocht, om zo tot een volledig beeld te komen en de juiste behandeling en aanpak te kunnen bepalen. -
Allergieën
Allergieën kennen een natuurlijke levensloop. De allerkleinsten hebben meestal last van eczeem of voedselallergie maar er kan al een overgevoeligheid bestaan voor huisstofmijt en huisdieren. Wanneer kinderen wat ouder worden kan de allergie zich uiten als astma of nog later rinitis. Alles is mogelijk, in combinatie of afzonderlijk, maar een uitgetekend patroon is er niet. Daarom is kritisch opvolgen de boodschap. ‘De eerste levensjaren van een kind zijn cruciaal omdat er in die periode een “stempel” wordt gezet die bepaalt welke allergieën het kind later kan ontwikkelen, Een vroege diagnostiek is mogelijk en belangrijk. Vaak is dat nog een misverstand, zowel bij ouders, huisartsen als specialisten. Er staat geen minimumleeftijd op het uitvoeren van allergietesten. Negatieve testen kunnen evolueren naar positieve. Allergieën evolueren immers met de leeftijd van het kind en als de klachten blijven, moet men jaarlijks evalueren. Het is niet zoals met een bloedgroep die je eens en voor altijd hebt.
Maar wanneer moet je als ouder een allergietest overwegen? Wanneer het kind aanslepend klachten heeft die kunnen passen bij een allergie zoals voortdurend verkouden zijn, een aanslepende hoest of piepen, eczeem, gewichtsverlies door diarree, dan is het mogelijk dat allergie in het spel is. Een vroege diagnose leert je veel over de constitutie van het kind en maakt het mogelijk om preventief te handelen. Als het kind een allergie voor eieren heeft, moet je eieren vermijden. Wanneer een kind eczeem heeft, krijgt het later misschien astma of chronische neusloop. Die kennis kan je gebruiken om het kind beter op te volgen en raad te vragen bij de arts wanneer nieuwe symptomen opduiken.
Ook al kan je niet verhinderen dat allergieën zich ontwikkelen, toch is het mogelijk een aantal preventieve maatregelen te nemen om de symptomen te onderdrukken en het kind te beschermen. Eenvoudige preventieve maatregelen zijn niet roken, sanering tegen de huisstofmijt en borstvoeding gedurende de eerste zes maanden. Op die manier komt het kind pas later in contact met melk en eiwitten waarop het allergisch kan reageren. Hoe langer je dat uitstelt, hoe kleiner de kans dat het kind allergisch wordt. De darmen van een kind na de geboorte functioneren immers nog niet helemaal zoals het hoort en laten daardoor bepaalde stoffen makkelijker door dan op latere leeftijd.
Tot slot, allergieën lokken de meest verschillende reacties uit, afzonderlijk of in combinatie. Daarom is het belangrijk dat ouders zoveel mogelijk vertellen. Neusloop en eczeem kunnen uitingen zijn van een en dezelfde allergie. Een kind zonder huisdier kan ook bij de onthaalmoeder in contact komen met kinderen die thuis wel een kat hebben. De zoektocht is soms lang maar het loont de moeite.Osteopathie gaat hier weerom de nadruk leggen op het versterken van de immuniteit en weer voeding en darmen van nader bekijken. -
Astma
Meer info volgt.
-
Autistiforme spectrumstoornis
Autisme bij kinderen is een neurologische ontwikkelingsstoornis met abnormale of gestoorde ontwikkeling van:
- sociale interactie
- sociale communicatie
- sociale inbeelding: kunnen moeilijk ingebeeld spelen, vaak kopieergedrag van anderen zonder invulling, repetitief gedrag, obsessief gedrag.
Jongens zijd drie keer meer getroffen dan meisjes. In de laatste 15 jaar komen steeds meer studies naar boven die een mogelijk verband aantonen tussen symptomen ter hoogte van maag/darmen en gedragsveranderingen. Die gastrointestinale symptomen kunnen te wijten zijn aan een veranderde doorlaatbaarheid van de darmwand, dysfunctie in de immuniteit van de darmen, voedingsintolleranties voornamelijk gluten en casein, prikkelbare darmsyndroom, oesophagale reflux.
Bij kinderen met autisme zouden veranderingen in gedrag zoals :gebrek aan sociale interactie (oogcontact vermijden), gebrek aan sociale verbeelding in spel, gebrek aan sociale communicatie ( waardoor vaak spraakachterstand) kunnen samen gaan met maagdarmproblematiek, constipatie, opgeblazen buik, buikpijn.
Bij osteopathie wordt hier stevig ingezet op het verbeteren van de doorbloeding van de darmen en daarmee ook de mobiliteit en de doorlaatbaarheid van de darmen. Door het verbeteren van de mobiliteit, secretie en microbioom in de darmen hebben we een invloed op de neurotransmitters, stress, angst en het gedrag van het kind over de darm-breinas. -
Begeleiding na chirurgische ingreep
Wanneer kleine kinderen in het ziekenhuis worden opgenomen, betekent dit voor hen een verblijf in een vreemde omgeving. Er gelden andere regels en vreemde mensen doen vreemde dingen, zoals onderzoeken, prikken, narcose, een ingreep en dergelijke. Het meest ingrijpende is wel het gescheiden worden van (bijna) alles wat vertrouwd of bekend is. De scheiding van de ouders mag wel het belangrijkste genoemd worden. Het kind kan niet begrijpen waarom zijn ouders steeds weggaan, terwijl het misschien wel pijn heeft; het voelt zich in de steek gelaten.
• Reacties na de opname
Als uw kind weer thuis is zal het niet meteen de oude zijn. Het zal moeten herstellen van de lichamelijke ingreep en daarnaast alle doorstane emoties moeten verwerken. Dit kan zich uiten in: veel aandacht vragen, vijandig (agressief) gedrag, prikkelbaarheid, rusteloosheid, huilerig zijn, zich in zichzelf terugtrekken. Soms zal uw kind angstig dromen en kan het snel in paniek raken. Ook kan uw kind terugvallen in gedrag dat past bij een jongere leeftijd. Het gaat bijvoorbeeld weer in bed plassen of duimzuigen.
- De angst van zijn ouders gescheiden te worden
Dit verschijnsel zien wij vaak bij jonge kinderen optreden. Dit heeft tot gevolg dat ze vaak niet zo intens blij zijn als ze weer thuis komen dan het wat oudere kind. Het verwacht als het ware opnieuw in de steek gelaten te zullen worden
- Problemen met slapen
Wij zien vaak dat het kind bang is om te gaan slapen. U zou immers weg kunnen zijn als het wakker wordt. Ook als het wel inslaapt, maar korte tijd daarna weer wakker wordt en om u roept is het belangrijk dat u er onmiddellijk naar toe gaat en het geruststelt. Soms herhaalt zich dit ettelijke keren per nacht. Problemen met slapen kunnen soms maanden lang aanhouden, maar gelukkig is dit niet altijd het geval.
- Agressief gedrag
Door de gedwongen scheiding van zijn ouders, de doorstane pijnen en vernederingen, zoals prikken en dergelijke, heeft het kind gevoelens van verontwaardiging en teleurstelling. Eenmaal thuis moet het kind deze gevoelens “verteren”. Soms doet het dit door het tonen van agressief gedrag, zoals bijten, slaan, trappen…
- Terugvallen naar gedrag dat past bij jongere leeftijd
Soms gaat het kind dat reeds zindelijk was weer (tijdelijk) bedplassen. Een kind dat goed kon praten gaat weer krom praten of twee-woord-zinnen gebruiken, gaat weer duimzuigen en dergelijke.
Daarnaast is kan bij chirurgische ingrepen als gevolg van de narcose het emotioneel gedrag van het kind ook op lange termijn veranderen. Littekens spelen ook nog een bijkomende rol. Littekens zorgen er voor dat bindweefsel en huid minder elastisch zijn en het opgroeiende kind kan daar problemen door ondervinden.
Osteopathie staat moeder en kind bij in dit proces zowel in algemene nazorg voor kinderen na opname als in het behandelen van de restklachten na chirurgische ingrepen. -
Darmproblematiek
• Constipatie
• Diaree
• Opgeblazen buik
• Krampen -
Groeipijnen
Naar schatting heeft een op vijf kinderen 's avonds of 's nachts geregeld pijn in de benen, zonder dat er een duidelijke oorzaak is. De pijn verdwijnt tegen de ochtend, maar kan na enkele dagen weer opduiken. De pijn ontstaat meestal tussen 3 en 5 jaar en/of tussen 8 en 12 jaar, maar kan ook vroeger of later optreden.
Men noemt dit groeipijn, al is dat eigenlijk geen juiste benaming. De pijn treedt wel op tijdens een snelle groeiperiode van het kind maar heeft verder weinig met de groei te maken. Wat dan wel de oorzaak is, is niet bekend.
• Klachten bij groeipijn:
- De pijn treedt 's avonds of 's nachts op, als het kind al een tijdje in bed ligt. Overdag heeft het kind geen pijn.
- Meestal heeft het kind pijn in beide benen (bovenbenen en/of kuiten, soms in de knieholte), soms ook in de dijen en heel soms in de schouders of armen. De pijn wordt ergens diep in de spieren gevoeld, niet in de gewrichten.
- De kramp-achtige pijn kan zo erg zijn dat het kind wakker wordt of niet kan slapen.
- Na enkele minuten tot maximaal een paar uur verdwijnt de pijn, maar ze kan enkele dagen later terugkomen.
- De pijn is niet seizoensgebonden.
- Meestal verdwijnt de pijn na enkele weken tot maanden spontaan, maar ze kan in de tienerjaren weer opduiken.
• De groeipijnen kunnen soms gepaard gaan met hoofd- en/of buikpijn, irritatie, huilbuien, vermoeidheid en slaapproblemen, maar dat kan een gevolg zijn van de groeipijn.
• Er bestaan meerdere hypothesen over het ontstaan van groeipijn:
- Mogelijk heeft het te maken met de toename van groeihormoon kort na het inslapen, maar deze hypothese is tot nu toe niet ernstig onderzocht.
- Botten groeien sneller dan spieren en pezen. Daardoor kan er rek op de spieren ontstaan, wat de groeipijn zou verklaren
- De pijn wordt veroorzaakt door vermoeidheid van de spieren, door een ontstekingsreactie ten gevolge spierschade of door zwelling van de spieren waardoor ze ingeklemd raken. Dit zou verklaren waarom vooral zeer actieve kinderen, of kinderen na grote lichamelijke inspanning last hebben van groeipijn.
- De pijn zou veroorzaakt worden door een verkeerde lichaamshouding, bijvoorbeeld ten gevolge van X- of O-benen, platvoeten, scoliose, een beenlengteverschil... Maar deze afwijkingen blijken evenveel voor te komen bij kinderen zonder dan met groeipijn.
- De pijn zou te maken hebben met een hypermobiliteit van de gewrichten.
- De pijn zou te maken hebben met een lagere pijndrempel door een veralgemeende niet-inflammatoir pijnsyndroom of een familiale lage pijndrempel.
- Mogelijk is het een vroege eerste vorm van het rusteloze benensyndroom. -
Hoofdpijn / Migraine
Migraine begint vaak op kleuterleeftijd en neemt toe tot in de vroege puberteit. Dit kan erfelijk zijn. Tijdens een aanval heeft het kind hoofdpijn, voelt het zich ziek, en zal het liefst in een donkere en rustige omgeving verblijven. Na de aanval heeft het kind geen klachten meer.
Wanneer het kind net voor de aanval klachten heeft zoals problemen met het zicht, spraakproblemen, tintelingen, verlamming, dan spreekt men van een aura. Deze klachten verdwijnen bij het opkomen van de hoofdpijn.
Migraine kan tot maximaal twee aanvallen per week geven. Dagelijkse aanvallen zijn niet typisch voor migraine.
Oorzaken van kindermigraine kunnen liggen in
- Oogproblemen: slecht zien en scheel kijken, kunnen hoofdpijn veroorzaken vooraan in het hoofd en verdwijnen door het dragen van een aangepaste bril.
- Tandproblemen: bijvoorbeeld door het dragen van een beugel. Deze hoofdpijn verdwijnt van zodra de beugel verwijderd wordt.
- Sinusitis: hoofdpijn door ontsteking van de sinussen komt vaak voor op de wangen en boven de ogen, maak kan ook algemeen zijn.
- Verhoogde druk in de hersenen eventueel door uitzetting van de venen binnenin de schedel of andere ruimte innemende processen. In dit geval moet een dokter geraadpleegd worden. -
Huidaandoeningen en eczeem
Eczeem is een ontsteking van de bovenste huidlagen met jeuk, roodheid en zwelling tot gevolg. Als je baby last heeft van eczeem, dan heeft hij rode, schilferende plekken op de huid. Er kunnen ook bultjes, blaasjes, korstjes en kloofjes ontstaan. Vaak zitten deze plekken op het gezicht (behalve rondom de neus en mond), de hoofdhuid en de romp. Bij oudere kindjes zie je het vooral in de knie- en elleboogholtes en de nekplooien. Ook de enkels, polsen en wederom het gezicht vertonen deze huidafwijkingen.
Eczeem is een aandoening waarbij vele factoren een rol spelen. Daardoor is de aandoening complex en is het vaak lastig er grip op te krijgen. Het eczeem wordt veroorzaakt door een combinatie van aanleg en allerlei prikkels van buiten af die de conditie van de huid en het eczeem beïnvloeden. De aanleg betreft aanleg om allergisch te reageren en een in aanleg droge huid.
Eczeem gaat vaak gepaard met astma en allergieën voor stoffen uit de omgeving, stuifmeel, huidschilfers van dieren, melkallergieën voedingsovergevoeligheid/ intoleranties .Dit geeft aan dat eczeem bij baby's ook een uiting is van een immuunsysteem wat belast is en ook hier moeten we de darmen van het kind onder de loep nemen. Met ouder worden kunnen kinderen over hun eczeem heen groeien. -
Hypermobiliteit (HPU)
Je ziet ze wel eens, die super lenige kinderen die zonder problemen een spagaat maken. Die kinderen hebben gewrichten met een grotere beweeglijkheid dan een gemiddeld kind. Als een kind in meerdere gewrichten een verhoogde beweeglijkheid heeft dan spreken we van hypermobiliteit. Op zich is dat helemaal niet erg. Het wordt een probleem als kinderen klachten krijgen.
‘Kinderen zijn over het algemeen vrij flexibel maar als ze hun knieën of ellebogen ver kunnen overstrekken, met gestrekte benen hun handen plat op de grond kunnen leggen, hun duim tegen hun pols aan kunnen leggen of vingers meer dan negentig graden kunnen doorstrekken, dan is er mogelijk sprake van hypermobiliteit.’
Bij hypermobiliteit is het bindweefsel slapper doordat bepaalde eiwitten niet of onvoldoende aanwezig zijn. Er zijn allerlei variaties in beweeglijkheid van de verschillende gewrichten. In sommige gevallen kan er sprake zijn van een bindweefselziekte waardoor de gewrichten soepeler zijn dan normaal. Vaak komen deze aandoeningen in de familie voor. Omdat jonge kinderen sowieso erg flexibel zijn is het moeilijk te beoordelen of er sprake is van hypermobiliteit. Als kinderen wat ouder zijn, begint het wat meer op te vallen. Bij kinderen die in de groei komen, zie je de klachten vaak naar voren komen. Pijn wordt dan vaak aangezien als groeipijn, maar kan een andere oorzaak hebben. Rug, enkels, knieën, schouders en heupen zijn veelvoorkomende gewrichten waar pijn ontstaat. -
Immuniteitsproblemen
Meer info volgt.
-
Leerstoornissen / Concentratieproblematiek
We kunnen pas spreken van een concentratieprobleem wanneer je kind er vrijwel nooit in slaagt een zekere tijd te focussen op dezelfde taak of bezigheid.
Bij concentratie wordt een relatie gelegd tussen de aandacht en de leerstof. Je wilt bepaalde leerstof tot jou nemen en daarvoor moet je wel je aandacht op die leerstof richten en vasthouden tot je die leerstof opneemt. Een bepaalde rijpheid van het neurologisch systeem is hier inderdaad nodig, de mate en duur van concentratie hangt grotendeels van de leeftijd af, maar soms slagen kinderen er niet in de aandacht op één onderwerp gericht te houden. -
Motorische ontwikkelingsachterstand
Kinderen groeien en ontwikkelen voortdurend op zowel motorisch als zintuigelijk gebied. Ze worden in hun ontwikkeling vergeleken met kinderen van dezelfde leeftijd en soms wijkt dat wat af met wat gebruikelijk is. Zo gaat een kind pas laat draaien of komt niet tot kruipen, blijft in de voorkeurshouding liggen…, dit kan komen door beperkingen in het houdings- en bewegingsapparaat, het zintuigapparaat, het zenuwstelsel of de organen.
Op sociaal emotioneel gebied ontwikkelen kinderen met ontwikkelingsachterstand zich vaak ook trager… gaan later lachen, later of niet spelen. In de consultatiebureau’s wordt ontwikkeling en groei nauwkeurig in schema’s bijgehouden. Een kleine afwijking van deze schema’s hoeft niet altijd onmiddellijk een probleem te zijn maar het geeft wel de mogelijkheid om vlug in te grijpen.
Mogelijke oorzaken van ontwikkelingsachterstand:
- Onderkende problemen met zintuigen zoals horen en zien
- Onderstimulatie
- Genetische afwijkingen.
- Lichte beschadiging in de hersenen door zuurstoftekort tijdens de bevalling of in de zwangerschap
- Stofwisslingsproblemen
- Trauma’s of onopgemerkte schade zoals fracturen of dysplasieën
- … -
Posturologie
Meer info volgt.
-
Recidiverende luchtweginfecties
Meer info volgt.
-
Rugpijn
Meer info volgt.
-
Scoliose
Meer info volgt.
-
Slaapstoornissen
• Inslaapproblemen
• Doorslaapproblemen
Slaap bij opgroeiende kinderen is van groot belang. Hersenen hebben de slaap nodig om alle indrukken en informatie die opgedaan is tijdens de dag te verwerken en te ordenen. Slapen heeft daarnaast ook stevige impact op het immuunsysteem, ontwikkeling van de hersenen en de productie van groeihormoon bij het kind. Hieruit afleidend kan slaaptekort bij kinderen overgewicht geven, concentratieproblemen, emotionele instabiliteit, depressieve gevoelens.
• Oorzaken van slaaptekort bij peuters:
- Lichamelijke ongemakken of medische oorzaken (vb oorontsteking, darmproblemen…)
- Overprikkeld
- Nog niet moe of oververmoeid
- Scheidingsangst
- Nachtmerries
- Protestgedrag…
• De gemiddelde slaapbehoefte per leeftijd:
- 0 tot 3 maanden > 16 tot 20 uur per etmaal
- 3 tot 12 maanden > 13 tot 14 uur per etmaal
- 1 tot 3 jaar > 12 tot 13 uur per etmaal
- 4 tot 7 jaar > 10 tot 11 uur per etmaal
- 8 tot 11 jaar > 9 tot 10 uur per etmaal
- 12 tot 15 jaar > 8 tot 10 uur per etmaal -
Tandenknarsen
Knarsetanden komt zowel bij kinderen als volwassenen voor en is meestal een tijdelijk fenomeen. Tanden worden vaak in onbewuste toestand over elkaar geschoven wat voor stevig wat geluid kan zorgen. Het lijkt onschuldig maar kan op termijn heel wat klachten veroorzaken: vroegtijdig afslijten van de tanden, aangezichtspijnen, kaakgewrichtsklachten…
De oorzaken hiervan moeten we niet in de mond gaan zoeken. Jonge kinderen doen in de loop van de dag heel wat indrukken die ‘s nachts verwerkt en geordend moeten worden. Het ene kind gaat dromen , het andere gaat knarsen, dit hoeft niet zorgwekkend te zijn maar hoort bij het opgroeien.
Ook hier gaat een osteopaat alle mogelijke lichamelijke ongemakken zoeken die bijkomend prikkels geven en die behandelen zodat het kind makkelijker rust vindt, zich bewust kan ontspannen en voldoende slaap kan pakken. -
Vitaliteitsproblemen / Vermoeidheid
Meer info volgt.
Pubers (12-17J)
-
Allergieën / Voedingsintolleranties
Meer info volgt.
-
Autistiform Spectrumstoornis
Meer info volgt.
-
Depressies en moodswings
Meer info volgt.
-
Dyslexie / Dyscalculie
Meer info volgt.
-
Groeipijnen / Gewrichtspijnen
Na een drukke dag krijgen pubers wel eens groeipijn. Je kind kan er 's nachts zelfs wakker van worden. Bij groeipijn heeft je puber pijn in de benen, vaak in de onderbenen. Je kind voelt de pijn meestal in één been tegelijk. Een volgende nacht kan het andere been aan de beurt zijn. Vaak gaat het om kortdurende pijnscheuten die weer overgaan. De oorzaak van groeipijn is niet bekend. Het heeft niets met groei te maken.
Groeipijn komt spontaan opzetten en gaat vanzelf weer over. Je hoeft je er niet zo veel zorgen over te maken. Je kind kan wel behoorlijk last hebben van groeipijn. Rekoefeningen, een warme kruik en de pijnlijke plek masseren kunnen de pijn wat verzachten. Je kunt bij ernstige pijn natuurlijk ook een pijnstiller geven, bijvoorbeeld paracetamol. Je kind hoeft overdag niet rustig aan te doen.
Groeipijn lijkt op kramp en zit steeds op een andere plek. Maar als de pijn telkens op één plek zit of als de pijnlijke plek rood, dik of warm is, kan er een ontsteking zitten. Ook als je kind pijn in de gewrichten heeft of mank loopt, kan er iets anders aan de hand zijn. Dan is het verstandig om ernaar te laten kijken door de huisarts. -
Hoofdpijn / Migraine / Spanningshoofdpijn
Meer info volgt.
-
Hormonale as
• Uitblijvende menarche (eerste menstruatie)
• Sysmenorhea (wegvallen van de menstruaties)
• Onregelmatige menstruaties
• Pijnlijke menstruaties
• Schildklier problemen
• Burn-out
• Acné -
Huidproblematie
• Huiduitslag
• Exzeem
• Schimmelinfecties
• Droge huid -
Hypermobilistie / HPU
Meer info volgt.
-
Hypotonie
Meer info volgt.
-
Immuniteitsproblemen
Meer info volgt.
-
Kaakgewrichtsproblematiek en pre-orthodontische begeleiding
Rond het vijfde levensjaar gaat de schedel van het kind groeien ter hoogte van de aangezichtsschedel. Vanaf dan groeit de aangezichtsschedel vooral in verticale richting. Rond acht jaar eindigt de groei van de schedel rond de hersenen. In de groei van aangezicht en gebit zijn er 3 fases:
- Melk-gebit-periode
- Wissel-gebit-periode
- Het definitief blijvend gebit
Daarna ontstaan bij een normaal groeiproces geen noemenswaardige kaak-positieverschuivingen meer.
In de osteopathie zien wij verschillende soorten kaakklachten of functiestoornissen van het kaakgewricht. Men denkt hier vooral aan het niet goed kunnen openen of sluiten van de mond, pijn in het kaakgewricht of de er omheen gelegen spieren, vermoeidheid van de kauwspieren, tandenknarsen, kauw– of eetproblemen, kaakklachten na een val of stoot, het regelmatig dislokeren van het kaakgewricht en het horen ‘klikken’ of ‘kraken’ van het kaakgewricht tijdens het eten of spreken.
In deze contekst spreekt men vooral van dysgnathie of van dyskinesieën Bij dysgnathie is er sprake van occlusie afwijkingen en posities van boven- en onderkaak die kunnen ontstaan vanuit de bovenkaak of vanuit de onderkaak (links of rechts-verschuiving) Ook over-en onderbeet en open beet na bijvoorbeeld duimzuigen komen hier aan bod.
Dyskinesieën zijn gebits-veranderingen door het stoten van de tong tegen de (voor-) tanden. Hier komen ook lispelen, lippen persen, wangzuigen, duim –of vingerzuigen aan bod. Soms is er ook sprake van posturologische decompensatie en open mondgedrag en/of insufficiënte mondsluiting.
Kaakklachten zijn vaak vergezeld van hoofdpijn en/of tandpijn. De osteopaat zal na zijn anamnese (vragenonderzoek) en het bewegingsonderzoek de primaire oorzaak van de kaakklacht gaan behandelen. Een gevolg van dysgnatieën en occlusiestoornissen is dat de eerste cervicale halswervel gaat blokkeren. Het symptoom pijn komt hierbij vaak voor, maar hoeft niet altijd aanwezig te zijn. De osteopaat zal de blokkade vrijmaken, de spieren ontspannen en de beweeglijkheid van de kaak verbeteren.
Bij orthodontie is er vaak ook een osteopathische begeleiding van patiënten met een beugel. Voornamelijk klachten van nek- en hoofdpijn door vaak posturologische veranderingen die optreden ten gevolge van de beugel. De osteopaat kan hierbij ingrijpen en zodoende de ongemakken tijdens de periode van het dragen van de beugel verminderen. -
Leerstoornissen / Concentratiestoornissen
Meer info volgt.
-
Mentale- en /of ontwikkelingsachterstant
Meer info volgt.
-
Rugpijn / Scoliosis
Meer info volgt.
-
Sportletsels
Meer info volgt.
-
Urogenitale problematiek
• Terugkerende blaasontstekingen
• Schimmelinfecties
• Stressincontinentie
• Stuitpijn -
Verteringsproblemen / Maag - darmproblemen
Meer info volgt.
-
Vitaliteitsproblematiek / Vermoeidheid
Meer info volgt.